Als 1 op de 20 werknemers kenmerken van autisme heeft, is de kans groot dat je ook iemand in je team of nabije omgeving hebt die ook in dit profiel past.
Onlangs kreeg ik als auticoach het verhaal van een manager te horen die zich ernstig zorgen maakte over één van zijn werknemers. Na een inwerkperiode leek het een hele tijd goed te gaan. Na verloop van tijd ging het functioneren van deze werknemer echter bergaf. Deadlines werden niet gehaald, er werd vaker verzuimd en het werk stapelde zich steeds meer op. De irritatie bij hem en de rest van het team liep behoorlijk op. In de wandelgangen hoorde hij regelmatig gemopper. Toch zijn er een aantal onderdelen waar hij heel goed in is en waar hij erg om wordt gewaardeerd. Als manager had hij besloten om de werkdruk drastisch te verlagen, hij had werkzaamheden geschrapt. Dit bleek niet te helpen. De problemen bleven aanslepen. Nu vroeg hij zich af hoelang hij deze werknemer nog kon aanhouden. In een gesprek met de coördinator binnen het bedrijf, die zelf een zoon met autisme heeft, kwamen ze tot de conclusie: “Zou hij misschien autisme hebben?”. Eenmaal die piste ingeslagen gingen ze hierop verder. Maar wat nu, je kan toch niet zomaar zeggen: “Hé, heb je er wel eens aan gedacht dat je misschien autisme hebt?” Zou het dan toch tijd worden om afscheid te nemen? Uiteindelijk lieten ze hun werknemer niet vallen, omdat ze geloofde in zijn kwaliteiten. Ze besloten hiermee aan de slag te gaan. Er werd informatie verschaft bij personen met kennis over autisme. Volgende adviezen werden meegegeven:
1. Zorg dat je weet wat autisme is
Meer begrip over autisme geeft rust. Voor jou en je collega met autisme. Goed omgaan met elkaar vraagt wederkerigheid. Contact hebben kun je niet alleen, dat doe je samen. Als jij weet dat het voor iemand met autisme soms moeilijk is om oogcontact te hebben tijdens het praten dan veroordeel je hem niet als ongeïnteresseerd. Als je weet dat het moeilijk voor ze is om sociale signalen op te pakken, dan kun je daarop inspelen. Door wat extra uitleg op feiten te geven of te relativeren naar de rest van het team. Als iemand de hele dag in een stilteruimte gaat zitten met een koptelefoon op en daar de hele dag stilletjes werkt, wordt hij al snel als asociaal bestempeld. Terwijl als een kind een rustige plek in de klas krijgt zodat hij beter kan leren, het hoog wordt gewaardeerd. Observeer eerst en probeer je in te lezen en in te leven in wat autisme betekent en blijf oog hebben voor de mens erachter. Stel dat jij op die manier zou functioneren hoe zou jij dan willen dat je omgeving hiermee omgaat. Autisme is een ontwikkelingsstoornis, dit betekent dat de persoon deze manier van functioneren niet heeft aangeleerd en dus ook niet kan ‘afleren’. Redeneren dat die persoon zich moet aanpassen aan zijn omgeving en niet andersom werkt dus niet. Autisme heeft mooie kwaliteiten en ook kwetsbaarheden. Vanuit een beter begrip over autisme kan je het hebben over concreet gedrag, want praten vanuit concreet gedrag in plaats vanuit een diagnose is niet stigmatiserend.
2. Heb aandacht voor de stressgevoeligheid
Het hebben van stress kan voor mensen met autisme totaal andere oorzaken hebben dan voor iemand zonder autisme. Denk aan overprikkeling door een onrustige werkplek. In tijden waarin flexplekken gewoon zijn, is het vaak zoeken naar manieren om te overleven op zo’n prikkelrijke plaats. Het kan wel zo zijn dat het effectiever is of beter voor de bedrijfsresultaten, maar voor veel mensen met autisme (en trouwens ook voor veel mensen zonder autisme) is het een regelrechte ramp. Door samen te zoeken naar oplossingen, die soms heel simpel kunnen zijn, kan de situatie enorm verbeteren. Denk aan een koptelefoon, het installeren van akoestische wanden, een thuiswerkdag, duidelijke afspraken met collega’s, regelmatig gebruik kunnen maken van stilteruimtes. Flexibel omgaan met flexplekken door toch een vaste plek te bieden, kan veel stress wegnemen. Oorzaken voor stress kunnen ook liggen in reorganisaties en veranderingen van groot tot heel klein. Sociale activiteiten als lunch, uitstappen, of dingen in de privésfeer zoals ziekte, etc. kunnen ook veel stress geven, wat weer invloed heeft op het functioneren op het werk.
Toen de werkomgeving van deze persoon de aspecten aanpakte die tot overprikkeling en stress leidde, ging deze werknemer aanzienlijk beter functioneren. De manager ging niet over tot ontslag. In de plaats daarvan keek zij naar de persoon en wat die persoon nodig had. Succesverhalen zoals deze tonen aan dat het loont om voorbij het ‘label’ van autisme te kijken en aan de slag te gaan met de specifieke behoeftes die eronder liggen.
Voor meer info of individuele begeleiding kan je terecht bij auticoach Ruben Cannaerts.